Een van de grootste gevaren die een blogger bedreigt is moralisme.
Het is fucking (daar gaan we!) gemakkelijk om je kwaad te maken over alles wat er mis is of dreigt te gaan om ons heen. De actualiteit volgen betekent overal een mening over hebben. Een mening die in toenemende mate is gebaseerd op een oppervlakkige en tendentieuze nieuwsvoorziening, die primair lijkt geïnteresseerd in hoge lees- en kijkcijfers.
Een prima mening, toch?
Vroeger was dat gemakkelijk. Je was politiek links of rechts of had ‘geen mening’ en dan was je kleurloos. Of je was kerkelijk dan wel ongelovig. Maar ik welk vakje je ook paste, je stond bij voorbaat aan de goede kant van de streep. En wist als geen ander wat er nodig was om een betere wereld te scheppen. Daarbij gold steevast het mechanisme van de ‘gevestigden’ en de ‘buitenstaanders’. Afhankelijk van de ideologie die je aanhing koos je vrienden en bekenden en sloot je anderen buiten op basis van een ander geloof, huidskleur, sekse, politieke ideologie of leefstijl.
Katholieke vriendjes
Zo speelde ik als kind hoofdzakelijk met katholieke vriendjes (m) , ging naar een katholieke (jongens-) school , een katholieke hockeyclub en bad tot katholieke heiligen(m)O. Protestanten ( veel meer smaken waren er nog niet) waren saai, calvinistisch, hypocriet en geen levensgenieters. Bovendien waren zij uit de ‘moederkerk’ gestapt en vervolgens in hun strijd over het ware geloof opgesplitst in wel honderd afzonderlijke geloofsgroepen.
Zo zielig!
Toen ik van mijn geloof afviel, tijdens mijn sociale studie, bleek de wereld uit geheel andere
tegenstellingen te bestaan. Ook daar kenden we nauwelijks een grijs gebied immers als je geen deel uitmaakte van de maatschappelijke oplossing was je een deel van het probleem. En deugde je niet als mens.
50 tinten grijs
Inmiddels hebben we wel 50 tinten grijs, maar of we daar vrolijk van worden? Daarbij komt de immense ‘morele inflatie’, die we door de massamedia aangereikt krijgen. De priester die ik ooit in vertrouwen nam blijkt pedofiel te zijn; de ooit gerespecteerde bankdirecteur een zakkenvuller; de politicus staat per definitie voor leugenaar; en de koning heet tegenwoordig Willie en komt uit een behoorlijk ‘foute’ familie.
Het is te gemakkelijk om daar blogs over te schrijven of de zoveelste Tweet de cloud in te sturen.
Het is meer dan ooit preken voor eigen parochie. Een parochie met slechts één gelovige, die verveelt hangt op de gammele troon van het ego, druk in de weer met zijn/haar IPad.
“Can we do more than sing our bitter song of desillusion and defeat ?”
Hoe zou het zijn, om achter het ‘wij en zij’, fout en goed, voorbij de wereld van tegenstellingen en meningen te zoeken naar datgene dat verbindt, samenvoegt en ondeelbaar is.
Zonder daar een nieuwe religie van te maken of een nieuwe troon voor op te richten.
Dat blijkt een fascinerende zoektocht langs kernovertuigingen, overerfde waarden, oud zeer, verbleekte illusies, uitgeputte maatschappelijke analyses, maar bovenal naar de kernvraag ‘wie Ben ik”.
Peace of mind
Het resultaat zal er niet spectaculair uitzien in de ogen van een gedroomde wereld.
Maar compassie, mededogen, ‘peace of mind’, en verbondenheid met de medemens zullen erdoor groeien. Om misschien te ontdekken dat er een immens domein verborgen achter de geprojecteerde dualistische wereld. Een domein zo simpel en zo dichtbij dat we vooral geneigd zijn het niet te zien.
Erik Bax reageerde op deze blog met : “Ver voorbij de ideeen van Goed en Kwaad ligt een plek. Laten we elkaar daar ontmoeten.” (Jalal ad-Din Rumi)