Dagboek van een buurtgek: Pipo’s en Bingo’s

Dagboek van een buurtgek: Pipo’s en Bingo’s

Vroeger begreep ik vaak niet wat hij zeggen wilde.
Mijn Pa zaliger, dus. In de buurt werd hij ook wel ‘de filosoof’ genoemd. Neem nu deze uitspraak: “De godganselijke wereld is in beweging, alleen onze buurt is niet vooruit te branden”.
Als kind kreeg ik dan het beeld dat ik ooit op de TV zag. Een ezel die een veel te zware kar weigert vooruit te trekken. De dierenbeul die zijn baas was, probeerde het eerst met lieve woordjes, dan met stokslagen en stak vervolgens een vuurtje aan onder de buik van het arme beest. Sommige dingen vergeet je als kind niet!

Buurtezel
Wie in onze buurt voor ezel moest spelen, wie het vuur aan moest steken en waarom de buurt vooruit moest, dat was toen nog voor mij een raadsel.
Pas veel later zou ik Pa’s zorgen begrijpen. Als socialist vond hij dat de buurt teveel achter bleef, als filosoof vond hij dat het niet alleen om meer loon moest gaan, maar vooral om solidariteit, samen delen en goed samen leven. En stilstand is achtergang, zeggen ze vaak. Daar hoef je geen filosoof voor te zijn.
Die achteruitgang heb ik de laatste jaren van dichtbij meegemaakt. Eerst kon je zien dat handarbeiders uit de buurt die zwaar werk deden, rond de 55 + de WAO in verdwenen. Lekker goedkoop voor de bazen, die niet zaten te wachten op ziekteverzuim. De laatste jaren hoef je geen versleten 55+ er te zijn om de laan uit te vliegen. Dat kan nu al met 45 jaar! Wat je aan de buitenkant van de buurt niet ziet, maar wat des te harder binnenshuis speelt, is het verlies aan poen.

Onze therapie
Maar erger nog, het gevoel overal buiten te staan, niet meer mee te doen. Daarom is ons ‘buurthuis’ het Hoekje zo belangrijk als plaats waar we lief en leed delen. Dat is onze therapie, omdat we natuurlijk niet zo maf zijn om ons bij het Riagg aan te gaan melden als depressieve sukkel.
Maar als je denkt dat Pa gelijk heeft gekregen met de achteruitgang van ons buurtje, heb je het goed mis. Nee, we zijn er zelfs op vooruit gegaan!
Ieder huis dat in de buurt vrij komt wordt tegenwoordig verkocht of voorzien van een nieuwe keuken en natte cel en voor een hoge huur aangeboden. Dankzij de corporatie die het vuurtje heeft aangestoken gaan we nu vooruit! En de ezel? Dat zijn zowel de oude als de nieuwe bewoners. De oude bewoners klagen dat de buurt zo verandert, omdat ‘ons soort mensen’, de buurt uitgaan. En de nieuwkomers hebben best moeite om er te landen, omdat ze niet gewend zijn aan tandeloze buren of het muzieklawaai van ‘100% Nederlandstalig’ dat zomers onze de walmende barbecues begeleid.

Pipo’s en Bingo’s
De nieuwe buren worden steevast ‘Pipo’s’ genoemd ,naar Pipo de Clown, de eerste hippie van de TV.
De Pipo’s zijn te herkennen aan hun kleding, hun ‘wilde tuinen’ waarin je ook wietplanten aan kunt treffen en dat ze alleen het Hoekje bezoeken voor een zak patat of een ijsje.
De Pipo’s noemen ons de ‘Bingo’s’, omdat wij bingo zien als de hoogste vorm van samen zijn in de buurt.
Dat had Pa nooit kunnen dromen, dat de verandering niet van binnen maar van buiten zou komen.
Is er dan niets wat Pipo’s en Bingo’s kunnen delen?
Ja, de muziek van André Hazes. Maar of we het daarmee gaan redden?
Kijk daar hadden we vroeger onze Evert voor, onze sociale werker. Die had vast wel iets bedacht om de buurtbewoners een beetje op een lijn te brengen.
Ik vrees dat we daar nu zelf iets voor moeten bedenken. Maar veel verder dan een André Hazes feest in het Hoekje kom ik niet!
Als jullie iets weten?
Peter W.

Delen
13 juli 2015No comments

Geef een reactie