De burger staat klaar, nu de systeemwereld nog

De burger staat klaar, nu de systeemwereld nog

In de literatuur over de werking van het sociale domein worden ze vaak tegenover elkaar gezet: de systeemwereld van instellingen en overheid én de leefwereld van de burger. Niets nieuws voor mij. Immers het eerste onderzoek dat ik als socioloog deed in een tweetal buurten waar ‘gezinnen met externe problematiek op het gebied van het wonen’, in de volksmond ‘asocialen’ genoemd, geconcentreerd bijeen werden geplaatst, wees uit dat de professionele en bestuurlijke wereld van zorg+welzijn en de dagelijkse leefwereld van de bewoners vrijwel compleet langs elkaar heen fietsten. Sindsdien heb ik me verbaasd hoezeer dit verschijnsel zich als een resistent virus heeft kunnen ontwikkelen binnen de maatschappelijke organisatie van wijkontwikkeling, zorg+welzijn. Miljoenen aan subsidie zijn in de loop der decennia inmiddels verdampt door het uitrollen van nieuwe programma’s en projecten voor kwetsbare groepen, die allen hetzelfde kenmerkt hadden. Op grote afstand van buurten en wijken werd het kompas uitgezet, terwijl gedetailleerde gebiedskennis een onderbelichte factor was.

Loftrompet
Zo ook met de huidige transities binnen het sociale domein. Het nieuwste thema is dat de burger er van doordrongen moet worden dat er te zwaar werd geleund op de professionele zorg, die onbetaalbaar is geworden. Eigen verantwoordelijkheid is het nieuwe credo. Een verantwoordelijkheid waarin ook in de zorg voor de bejaarde buurvrouw wordt voorzien en afgerekend moet worden met een te grote afhankelijkheid van het professionele kader. De bewijsvoering voor de haalbaarheid van deze nieuwe marsorder kan -voor veel- geld worden gehaald bij de talloze congressen en seminars die in den lande worden georganiseerd. Daar wordt de loftrompet gestoken over de talloze burgerinitiatieven waarmee kan worden aangetoond dat de boodschap is overgekomen.

Factor ‘geven’
Liever ga te rade bij een bijeenkomst in een kerk waar een groep ouderen van 70 tot 80+ hun positie binnen dit kantelend sociaal domein bespreekt. Voor hen is er niets nieuws onder de zon.
Talloze voorbeelden van praktische en geestelijke zorg voor de medemens passeren de revue. Daarbij valt vooral op dat de factor ‘geven’ domineert over de factor ‘nemen’. Met humor wordt verhaald hoe zorgaanbieders in het verleden met tal van ‘producten’ kwamen aanzetten die vriendelijk werden geweigerd omdat er binnen eigen kring van vrienden en familie naar een eigen oplossing werd gezocht. PGB’s werden geweigerd, thuiszorg geminimaliseerd, opname in een oudercentrum zo lang mogelijk uitgesteld, intensieve mantelzorg als een vanzelfsprekendheid beschouwd.

Eigen verantwoordelijkheid
De verzorgingsstaat heeft deze burgers bepaald niet afhankelijk of onmondig gemaakt. Daar waar deze over de top was, werd gekoerst op ‘eigen verantwoordelijkheid’. Als een rode draad door de dienstverlening aan de medemens wordt wederkerigheid benadrukt. “Je krijgt er zoveel voor terug”, is een veel gehoorde reactie.
Het mag duidelijk zijn dat het nieuwe credo van overheid en instellingen aan deze burgers geheel voorbijgaat. Voor hen is er niets nieuws onder de zon en de milde ironie waarmee ze dit proces beschrijven is ontroerend. Hun zorg heeft vooral betrekking op de wijze waarop de bovenwereld van de maatschappij is georganiseerd, met een ‘ik-cultuur’, waarin zelfverrijking, corruptie en overvloed geen uitzondering meer is.
Deze burgers staan klaar, nu de systeemwereld nog!

Delen
6 november 2014No comments

Geef een reactie