Op de Avondconferentie voor burgerinitiatieven (BI’s) ‘Samen sterk in visie en beleid’, die 8 oktober jl. werd gehouden in de Hogeschool Utrecht, werd aandacht besteed aan de vraag wat actieve burgers nodig hebben om hun initiatief verder te ontwikkelen.
Opvallend vaak werd daarbij gepleit voor een nieuwe vorm samenwerking met de gemeente als gelijkwaardige partner, die naast en niet tegenover je staat. Daarbij werd opgemerkt dat het begin van de kanteling waarbij de overheid bereid is in dialoog met de actieve burger taken en regie over te dragen, voelbaar is. Echter het is een nog broos proces, waarin er ook de nodige verschillen te zien zijn binnen gemeentelijke afdelingen of in de mate waarin ambtenaren toe zijn aan coproductie.
Blik in de keuken
Op basis van een blik in de keuken in Amersfoort en daarbuiten wil ik graag een aantal tips delen die in bovenstaand proces dienstbaar kunnen zijn:
1. Alles staat of valt met de bestuurlijke moed om te durven experimenteren, remmende en weinig functionele regels en verordeningen ‘creatief te interpreteren’ om zodoende tot een proactieve opstelling te komen. Op dit punt kan in Amersfoort nog wel een forse slag gemaakt worden.
2. Streef naar gelijkwaardigheid door de burger vanaf het begin bij thema’s als bestuurlijke vernieuwing te betrekken en niet halverwege of op het eind als beleidslijnen en het te volgen traject reeds als een knellend harnas geformuleerd zijn. Geef ruimte aan de creativiteit van de betrokken burgers.
3. Gemeente: wees niet zo benauwd als er kritiek komt uit de gemeenschap. Geef eens toe als je een blunder maakt; confronteer burgers die onzin verkopen stevig met het gebrek aan kennis en expertise en stel je niet zo defensief op!
4. Maak gebruik van de kennis die in geslaagde recente coproducties (Waterwingebied/ Elizabeth Groen) met de burger zijn opgedaan. Beschouw deze niet als interessante eenmalige projecten, maar onderzoek of je ze kunt verankeren in duurzaam beleid
5. Gemeente kies niet altijd partners uit de burgerij die veilig zijn omdat ze denken en praten in de cultuur van het stadhuis. Durf de ‘ons kent ons’ cultuur van Amersfoort eens te doorbreken om met een nieuwe frisse partner zaken te doen, in plaats van steeds weer van het vertrouwde ‘old boys netwerk’ gebruik te maken.
6. Beleidsambtenaren: als u niet in Amersfoort woont en een subsidieaanvraag louter kunt beoordelen op de blauwe ogen, vlotte babbel en sterk netwerk van de aanvrager, dan loopt u het risico aanvragen te honoreren die niet door burgers gedragen worden, maar die als top-down instellingsdenken gekwalificeerd moeten worden. En daar wilden we juist vanaf!
7. Vermeende burgerinitiatieven: ren niet als een kip zonder kop met een onrealistische top-down plan met dito subsidieaanvraag richting gemeente. Dat is niets meer en minder dan oude wijn in nieuwe welzijn+zorgzakken. Het ondermijnt het werk van andere bewonersinitiatieven en we hadden net afgesproken dat we van ‘welzijn oude stijl’ af wilden.
8. En…laten we onze inzet vooral niet beperken tot al die ronkende beleidsintenties, die in iedere bestuursnotitie voorbij komen, maar laten we het van dag tot dag zichtbaar maken. Dan wordt Amersfoort de echte stad van het nieuwe samenwerken!