Is het gras bij de buren altijd groener?

Is het gras bij de buren altijd groener?

Voormalige veldwerkers die ik spreek, of ze nu uit de welzijn of zorgtak komen, delen een opvallende analyse. Hun werk werd structureel verziekt door mismanagement, doorgeschoten regulering en instellingsweerstand tegen verandering. Dat blijken steeds belangrijke factoren te zijn om het werk –al dan niet gedwongen- te verlaten.
Mijn ‘redding’ was dat ik aan het begin van mijn loopbaan met twee collega’s eigen baas was. De subsidiegevers beoordeelden onze investering op basis van aanwijsbare resultaten in de buurten en wijken, waar we het jongerenwerk ondersteunden met onderzoek.

Pottenkijkers
Er waren geen storende pottenkijkers, die niet gehinderd door enige inhoudelijke kennis van randgroepproblematiek, onze koers dachten te bepalen. En met het aanvankelijke dedain van onze universitaire collega’s, die meenden dat onze aanpak weinig met wetenschap te maken had, was ook best te leven.
Dat was temeer mijn redding, omdat ik getekend met een jaren ’60 autoriteitscomplex en de nodige maatschappelijke woede, binnen een grote reguliere instelling nauwelijks te handhaven was geweest. Die woede is lang gebleven, mede gevoed door een studie in ‘veranderkunde’ en de wetenschap dat hardnekkige maatschappelijke problemen op een ander niveau, dan waar ze zich voordoen, aangepakt dienen te worden. Vandaar mijn hang naar onorthodoxe werkers en praktijken. Naar mensen die – werkend met het hart als bron van creativiteit en een ingebakken ‘out of the box’ werkstijl- het verschil maken.

Eigen gelijk
Om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat de grootste valkuil het ‘eigen gelijk’ is gekoppeld aan ’ ideologische projecties’. Want wat schoot ik op met maatschappijkritisch geschop tegen overheid, falende zorg, of burgers, die ondanks ‘burgerbetrokkenheid’ denken dat ze als geprivatiseerde consument het hoogste geluk kunnen scoren? Zij zijn een gegeven. Nee, strengheid maakte plaats voor het inzicht dat met ideologische verbetenheid weinig te bereiken valt binnen het sociale domein. Dat de krachten die daar woekeren een eigen –vaak- onnavolgbare logica hebben.
Voor mij werd het meer en meer ‘Thai Chi voor de werker’: de kunst van het niet aanvallen, te beginnen met een breed kijken en de verwondering van het kind in de zandbak.

Nieuwe mogelijkheden
Wat een rust om te ontdekken dat nieuwe mogelijkheden en kansen zich spontaan aandienen. Wat een feest om te zien hoe anderen zich committeren en hun deskundigheid patroondoorbrekend inzetten. Dat alle nieuwe ideologieën over hoe het werk zich moet ‘positioneren’ hen nauwelijks raakt omdat hun eigen formule in de praktijk al zoden aan de dijk zet. Dat veel ‘good practices’ onzichtbaar blijven, omdat het bij veldwerkers en vrijwilligers niet eens opkomt hun succes landelijk uit te venten op congressen. Dat de nieuwste ideologieën die ons vertellen hoe de nieuwe hoofdweg er uit dient te zien, geen enkele rekening houden met wat zich in de talloze zijstraten allemaal aan het ontwikkelen is.

Oikonde Leuven
Ooit gehoord van Oikonde Leuven(België) ? Een kleinschalige zorginstelling bij onze zuiderburen. Opgezet in de roerige jaren ’60 van de vorige eeuw, toen bestaande instellingen op de schop gingen. Werkend vanuit de onverbrekelijke driehoek van cliënt, vrijwilliger en een (kleine) professionele staf. Een beproefde succesformule, die nauwelijks innovatie behoeft, maar zich steeds dient te conformeren aan de veranderende dictaten van een bureaucratische overheid. In het kwartaalblad van Oikonde Leuven, met veel bevlogenheid en beperkte financiële middelen verspreid, zie je het verschil met onze vaderlandse welzijn en zorg literatuur. Het is een blad dat ook voor de cliënt en met de cliënt is gemaakt. Waarin vrijwilligers die als gastgezin voor mensen met een geestelijke beperking functioneren enthousiast schrijven over de ont-moeting, die weliswaar niet altijd eenvoudig is, maar wel hun leven verrijkt. Waarin zorgbehoevenden – die de ‘cliëntstatus’ overstegen lijken hebben in een hecht en warm contact met hun coaches- hun zegeningen tellen. In dat blad zit één groot ‘WIJ”. Is dat wat ‘wij’ in het Noorden zijn kwijtgeraak?

Mailtje
Nu kreeg ik recentelijk een mailtje van een van de bevlogen oprichters.
Oikonde Leuven bestaat niet meer. Het is opgeslokt in het kader van de provinciale reorganisatie van de Vlaamse zorg. Een van de oprichters, die met vervroegd pensioen is gegaan, schrijft : ” Ja, ja, hier zijn we het nog grootschaliger en bureaucratischer aan het maken…
En de nieuwe werkgever had geen interesse meer in een ‘meta-welzijnstijdschrift’ dat niet alleen positief-kritisch wou kijken naar het welzijnswerk,maar zo waar ook nog oog wou hebben voor dat stokoude ‘algemene belang’”.
Blijkt het gras bij de buren toch niet groener te zijn!

Delen
19 oktober 2014No comments

Geef een reactie