Hoe groot kunnen tegenstellingen zijn?
In 2013 schreef ik voor vakblad Zorg en Welzijn een blog waarin het salaris van een bankdirecteur werd afgezet tegen de totale jaarbegroting van Stichting Ravelijn.
Anno 2015 is de actualiteit van die vergelijking nog steeds actueel!
Wat kun je als vrijwilligersorganisatie doen met het jaarsalaris van een bankdirecteur?
Deze vraag speelde door mijn hoofd na een interview met Sylvia Cox, directeur van Ravelijn , een toonaangevend vrijwilligersorganisatie in Amersfoort. Het lijkt een wat obligate vergelijking in een tijd waarin het grote zakkenvullen in de bankwereld op steeds meer volkswoede kan rekenen. Het maakt echter vooral duidelijk hoe hoog het rendement is van die andere sector die ondanks bezuinigingen, de inzet van honderden vrijwilligers ondersteunt. Van het jaarsalaris van een bankdirecteur werden in 2013 onder meer 19 parttime beroepskrachten betaald, die samen met meer dan 350 vaste vrijwilligers op meerdere welzijn+zorg gebieden actief zijn. Zo scoorde de vrijwilligersvacaturebank van Ravelijn in 2012 zo’n 1300 matches tussen vraag en aanbod.
Weg van truttig emago
Sylvia stelt dat het vrijwilligerswerk in Nederland zich in toenemende mate bevrijdt van haar ‘truttige image’. In het verleden had dat deels te maken met de bescheiden opstelling van veel vrijwilligers, die bijna onopvallend hun maatschappelijke bijdrage leverden.
Projecten van Ravelijn laten zien dat het om meer gaat dan alleen ‘koffie en thee schenken’, hoezeer dat soort activiteiten ook gewaardeerd worden. Vrijwilligerswerk is toe aan ‘branding’.
Terminale zorg, maatjesprojecten, arbeidsstimulering, vervoer, een klussenproject, computerles, coaching van vereenzaamde ouderen, steun voor mantelzorgers en het aanbieden van vrijwilligerswerk ten behoeve van sociale integratie, zijn voorbeelden van het nieuwe vrijwilligerswerk. Dat moet bestuurders, die de mond vol hebben van burgerbetrokkenheid als muziek in de oren klinken. Maar, waarschuwt Sylvia: ”…we moeten ons wapenen tegen de zelfredzaamheid doctrine”.
Wederkerigheid
Haar kernwoord is ‘wederkerigheid’, ook als wapen tegen een te ver doorgeschoten individualisme.
Als voorbeeld wordt een TV documentaire aangehaald waarin een man vertelt over de BBQ uit zijn jeugd. In de wat armoedige buurt waar hij woonde, beschikte slechts één gezin over een barbecue. Daar verzamelde zich in het weekend alle straatbewoners met homemade voedsel. De warmte van dat contact ging verloren toen zijn ouders naar een rijkere buurt verhuisden waar ieder gezin over een eigen barbecue beschikte. “Maar”, stelt Sylvia, “…we moeten wel realistisch blijven in wat we voor elkaar kunnen doen”. Dat statement wordt ondersteund door recent onderzoek dat laat zien dat vele respondenten bereid zijn tot vormen van noaberschap, maar dat lichaamsgerichte zorg toch echt tot het domein van de professional gerekend moet worden.
Sociaal kapitaal Met het ‘losweken’ van het sociaal kapitaal in de wijken voert Ravelijn een actief beleid, waarbij gebruik wordt gemaakt van buurtvoorlichters. Teams die proactief in de wijk van deur tot deur gaan om zowel de vraag naar, als het aanbod van vrijwilligers te inventariseren en te matchen.
Bij Ravelijn draait alles om de vraag hoe tijd+geld+aandacht het hoogste rendement oplevert.
Door te investeren in vrijwilligers en te benadrukken dat vrijwilligerswerk teamarbeid is, ontstaat het kader dat bereid is tot een langdurige investering ten behoeve van kwetsbare groepen in de samenleving.
“Mensen worden er gelukkiger van en er zijn nog zoveel leuke dingen die we met elkaar kunnen doen om de wereld wat beter te maken”.
En dat alles voor het jaarsalaris van een directeur van een door de staat geredde bank, maar mét een bezuinigingskorting van minimaal 10%.
Hoi Daan,
Met die volkswoede valt het wel mee. Eerder volksklagen 😉 en gerichte gezamenlijke actie!
Ik kijk uit naar de nieuwe coöperatieve lokale bank.
Groet, Yuri
Goed idee, Yuri, temeer als je bedenkt van het Bestuur van Bewoners033 er niet in slaagde in Amersfoort als armlastige stichting een bankrekening te openen. Daar zat voor de bank geen ‘verdienmodel’ in. Bij de Triodosbank waren we wel welkom. Het moet niet gekker worden!